Mijn vader

Een vijver was zijn oase, zijn ontspanningsoord.
Klein was hij niet, ook niet echt groot, wel gespierd.
In verhouding was zijn bovenlichaam iets langer dan de benen die hem ondersteunden. Dat onderstel was snel, stevig, sterk bij ‘t werk, soepel, frivool en beweeglijk op de dansvloer.
Een kort gekruld kapsel omkaderde zijn regelmatige gelaatstrekken, de donkerbruine guitige ogen en vrolijke mond.
Je leeft maar één keer was de levensvisie. Zijn technische vaardigheden, gulheid, sociale gevoel, liefde voor zijn gezin maar soms ook een stevige moot koppigheid dompelden zich in dit motto.
De steeds terugkerende pijnlijke maagzweer zette hierop geen rem. Wanneer ‘t ongemak verdween draaide hij de knop om en ging fluitend verder
Tot net voor zijn vijfenveertigste verjaardag deed hij zijn zin en toen werd mijn vader "Georges" heel stil, doodstil. 1928-1973

Reacties

Leuk geschreven !!